Schönes Babylon

ik tel de voeten en blijf tellen tot ik zeker ben / dat iedereen die er moet zijn, er is (Maud Vanhauwaert)

… zähle ich dann die Füße, zähle und zähle, bis ich mir sicher bin / dass alle, die hier sein müssten, auch hier sind (übers. v. José Oliver)

Wie kann man dieser Tage von der Freude erzählen, ein komplexes Herzensprojekt wieder bis zur Druckreife gebracht zu haben? Kaum möglich, die Freude bleibt weit mehr als nur gedämpft. Aber dennoch: Es ist die Arbeit an einem Projekt, das Grenzen überschreitet – und zwar in Freundschaft und mit Neugier, ein Projekt, das Verbindungen stiften und Entdeckungen ermöglichen will. Der TRIMARAN #3 ist soeben im Lilienfeld Verlag erschienen.

– auch diesmal wieder im Team mit Stefan Wieczorek in der Redaktion und getragen durch die Kunststiftung NRW, Flanders Literature, dem Nederlands Letterenfonds,

—

Hoe vertellen deze dagen over de vreugde om een ​​complex project, een hartsaangelegenheid, weer tot het punt te hebben gebracht dat het drukklaar is? Nauwelijks mogelijk, de vreugde blijft meer dan getemperd. Maar toch: het is werken aan een project dat grenzen overschrijdt – in vriendschap en met nieuwsgierigheid, een project dat verbindingen wil leggen en ontdekkingen mogelijk wil maken. Zo belangrijk, zo betekenisvol. TRIMARAN #3 is nu verschenen – ook dit keer weer in een team met Stefan Wieczorek op de redactie en ondersteund door de Kunststiftung NRW, Literatuur Vlaanderen en het Nederlands Letterenfonds,